Eerdere ervaringen ten spijt rij ik klokslag 9 uur Finnentrop binnen. Naast mij op de bijrijderstoel ligt een lijstje met adressen waar ik terecht kan voor een vergunning voor het plaatselijke traject aan de Lenne. Maar mijn navigatiesysteem kan Pension Schulte dat boven aan de lijst prijkt niet vinden. Ik mis het huisnummer. Later blijkt dat Pension Schulte geen dagvergunningen meer verkoopt.
Dan maar naar Hotel ‘Im Stillen Winkel’. Op de deur van het hotel hangt een briefje: “We zijn gesloten wegens vakantie”, lees ik met verbazing. Een hotel dat in het hoogseizoen zijn deuren sluit? Ook Bäckerei Freiburg die als derde op de lijst staat, geniet van een welverdiende zomervakantie lees ik op hun voordeur. Er rest mij niets anders dan naar Angelsport De Koning te rijden. De 30 kilometer retour neem ik maar op de koop toe, hopende dat Herr De Koning niet ook toevallig toe is aan een welverdiende vakantie.
Herr De Koning blijkt een Meneer te zijn. Hij spreekt Nederlands! En hij is mij welgevallig om ook nog eens een aantal hotspots aan te wijzen op het bij de vergunning geleverde kaartje van het traject. Met het kostbare kleinood in mijn binnenzak rij ik fluitend terug en parkeer mijn auto op het onderste kruisje van meneer De Koning.
Bij het uitstappen zie ik hoe een vliegvisser zich net in zijn waadpak hijst. Ik knoop een praatje aan en vraag naar zijn ervaringen op dit deel van de Lenne. Hij komt hier al jaren, logeert altijd in een klein pensionnetje om de hoek en bezweert mij dat het een prima traject is. Maar, moet hij toegeven, zo goed als het vroeger was, is het al lang niet meer. Ik mompel nog dat ik zelf vroeger ook een stuk beter was, maar slik de misplaatste grap maar in. In de tussentijd word ik overvallen door een soortement ‘Altena-gevoel’ (zie aldaar).
it’s the take
Staande op de brug zie ik een lange brede rivier, zover het oog kan reiken. Het rechte stuk wordt met regelmaat onderbroken door stroomversnellingen en is aan één zijde begroeid met bomen. Stroomafwaarts van de brug is de rivier aan beide zijden begroeid. De stroomversnelling onder mij ziet er fraai uit en loopt aan het eind uit in een mooie, vredige pool waar ik warempel een vis zie stijgen.
Tien minuten later schuifel ik voorzichtig de rivier in. Het water stroomt kittig, maar de bodem is hier redelijk vlak en zo nu en dan breekt een grotere steen de stroming. Mooi water voor de nimf, zeker ook omdat ik ondanks het vroege tijdstip een paar eendagsvliegen zie opstijgen. Toch knoop ik een zwarte woolly bugger aan de leader. In de hoop op een snel resultaat en om een goed beeld te krijgen van de visstand. Het resultaat is er inderdaad snel. Zeer snel zelfs, want bij de eerste drift wordt de weerhaakloze vlieg gegrepen. In de schaduw van de overhangende bomen zie ik iets goudbruins draaien. Het moet een zware bruine forel zijn, want mijn trouwe Hardy buigt diep voor al dat geweld. Even ben ik bezorgd dat mijn leader het niet zal houden, maar dan schiet de haak plotsklaps los. Ooit vertelde een gepensioneerde Engelse officier mij dat het hoogtepunt bij het vliegvissen de aanbeet is. Dat alles onder het motto: ‘It’s the take, not the fight!’ Toentertijd beaamde ik dat volmondig, maar nu, staande in de Lenne, slaat de harde praktijk toe. Want ook al geniet ik van deze mooie aanbeet, de volgende laat wel heel lang op zich wachten. Na ongeveer 300 meter heb ik nog steeds geen vis gezien en stuit ik op de stroomversnelling bij de brug. Ik kan mij amper staande houden en worstel mij met moeite naar de kant. Daar aangekomen maak ik in pure opluchting een rolworp die gevolgd wordt door een snoeiharde dreun. De vis zoekt een vluchtweg in het snelle water en laat even de reel snorren. Kijk, deze ‘take’ was fantastisch, maar de ‘fight’ mag er ook zijn. En even later geef ik voorzichtig de regenboogforel zijn vrijheid weer terug.
De stroomversnelling brengt mij nog een regenboog, maar ditmaal iets kleiner. Ook de vredige pool toont haar schatten in de vorm van twee kleine bruine forellen. Al met al vier vissen, niet echt een grootse opbrengst voor twee uur vissen. Ach, misschien was het vroeger…
orgie van aanbeten
Ik besluit de andere kruisjes op de kaart op te zoeken en parkeer even later mijn auto in de schaduw van het gebouw dat bij een stuw hoort. Borden geven aan dat het gevaarlijk is om hier te water te gaan, omdat de stuw onaangekondigd water vrijgeeft. Ik wring mij door het struikgewas en stuit op een monumentale muur opgetrokken uit beton en staal. Links en rechts van de stuw stroomt het water uit in een diep mysterieus gat. Helemaal op mijn gemak voel ik mij hier niet, de eerdergenoemde borden spreken een dreiging uit dat ik ieder moment overspoeld kan worden door een allesvernietigende macht aan water. In de struiken langs het gat hangen flarden plastic en voor de stuwmuur zwemt een klagende zwaan rondjes, op zoek naar een doorgang om weer bij zijn familieleden te komen die roepend aan de overzijde op hem wachten. De klaagzang van de zwaan is zo deprimerend dat ik na een paar vruchteloze worpen mij omdraai en de rivier stroomafwaarts volg.
Het water is hier smal, want zoals zo vaak aan de Lenne is vlak boven de stuw een deel afgetakt in een industrieel kanaal. Voorzichtig schuif ik over de vlakke, maar enigszins zachte bodem stroomafwaarts. De streamer heb ik vervangen door een nimf die de kokerjuffer imiteert. Met korte, beheerste worpen plaats ik deze haaks op de oever vlak onder de dichte begroeiing waar een diepere geul loopt. Omdat het water niet al te hard stroomt, laat ik de nimf met subtiele stripjes schoksgewijs uit de oeverzone komen. De reactie laat niet lang op zich wachten. Al bij de eerste worp schiet de beetverklikker in de richting van de oever de geul in en dril ik even later een stevige bruine forel.
Vanaf dat moment start een orgie van aanbeten. Worp na worp levert vis op. De geul lijkt een hangplek voor forel te zijn. Niet iedere vis is van forse lengte, maar meerdere overstijgen dertig centimeter. Blijft een aanbeet in de oeverzone uit, dan wordt de nimf aan het einde van de swing zo nu en dan gegrepen door een vlagzalm.
Hooguit honderd meter lang is dit kleine paradijsje, maar ik doe er meer dan een uur over en weet mij tientallen vissen rijker. Pas wanneer het water over de rand van mijn waadpak dreigt te stromen, stap ik met tegenzin de beek uit.
eldorado
Met moeite baan ik mij een weg door het struikgewas en volg de beek stroomafwaarts. Amper vijftig meter verder stuit ik op een nieuwe verrassing. In het water zijn betonnen muurtjes aangelegd die als een soort kribben de zware stroming moeten breken bij hoog water. Het beton heeft de tand des tijds niet overal succesvol doorstaan. Sommige delen zijn uitgesleten en daar heeft het water vrij spel. De kribben blokkeren de beek slechts voor driekwart zodat onder de oever een diepe geul is ontstaan. In de tussenliggende kribvlakken hebben zich takken verzameld, waardoor daarachter weer diepe pools zijn gevormd. Het moet een eldorado voor de forel zijn, met allerlei stromingen en schuilplaatsen. Het water is hier helder en op sommige delen kan ik over grote afstand de bodem zien.
Ik verheug mij op een nieuwe orgie van aanbeten, maar dat valt een beetje tegen. Niet dat er geen forel zit, integendeel. Met regelmaat zie ik forellen in allerlei maten en soorten, maar het werpen valt lastig door de takken die links en rechts uitsteken. Komt een worp verkeerd uit, dan verdwijnen de forellen meteen in een van de vele schuilplaatsen. Toch lukt het mij, diep weg gedoken achter muurtjes of stenen, om een redelijk aantal van deze vissen tot een aanbeet te verleiden, hetgeen een goed gevoel geeft. Om de overige vissen niet te verstoren, laat ik na een korte dril de lijn slap vallen waardoor de weerhaakloze vlieg snel vrij komt. ‘It’s the take, not the fight’ niet waar?
Onder dit wonderlijk deel verengt de Lenne zich weer om daarna na een stroomversnelling breed uit waaieren. Dit stuk water heeft veel overeenkomsten met het deel vlak onder de stuw. Ook hier weer een diepe geul die onder de oeverbegroeiing loopt. De dag loopt op zijn eind, het laatste licht van de zakkende zon kleurt de bomen rijkgroen. Onder de beschutting van de lange schaduwen zie ik kringen verdwijnen in het traag stromende water. Nog een enkele worp maak ik, op zoek naar een forel die voor mij de dagafsluiting wil verzorgen. Dankbaar zet ik ook deze weer terug en denk aan vroeger. Het mag vroeger misschien allemaal een stuk beter geweest zijn, maar ik ben blij dat ik vandaag de Lenne mocht bezoeken.
Informatie
rivier: Lenne
plaats: Rönkhausen
lengte traject: totaal 4,3 km
gemiddelde diepte: zeer variërend
gemiddelde breedte: van 8 tot 30 meter
type water
rivier uit middelgebergte
afwisselende oeverbegroeiing
visbezetting
bruine forel, regenboog, vlagzalm, barbeel, kopvoorn
vergunningen verkoopadres
Hotel “Im Stillen Winkel”
Kapellenstraße 11
57413 Finnentrop-Rönkhausen
tel: 0049 (0) 2395 91690
Deze service verleent het hotel alleen aan huisgasten.
Bäckerei Freiburg
Kilianstraße 16
57413 Finnentrop-Rönkhausen
tel: 0049 (0) 151 57 93 23 67
openingstijden: vrijdag 05:00 – 12:00 uur en 14:30 – 18:00 uur; zaterdag: 06:30 – 12:00 uur; zondag 06:30 – 10:00 uur
Angelsport De Koning
Amecker Straße 17
59864 Sundern-Amecke
tel: 0049 (0) 23 93 170605
openingstijden: maandag t/m vrijdag: 09:00 – 13:00 uur en 15:00 – 18:00 uur; zaterdag: 09:00 – 14:00 uur
vergunningen prijs
20,00 per dag
voorwaarden
overnachting niet verplicht.
weerhaakloos, vlagzalm is beschermd, schepnet verplicht
seizoen
24 maart – 10 oktober
reistijd vanuit Utrecht
273 km, 2 uur en 56 minuten